De zon schijnt scherp door alle regendruppels op de ramen, als kleine prisma's. Je zou zeggen dat het in mijn hoofd net zo stormt als buiten, maar ik ben volkomen kalm, sereen met een spinnende poes naast me, de rommel op de vloer stoort me niet. De gespannen draden op het balkon waarlangs de druiven omhoog hadden moeten groeien zijn losgewaaid, lijken op gebroken gitaarsnaren voor de ramen.
Bij de Albert Heijn To Go kostte chocomel maar één euro, ik kan niet naar Den Haag omdat er een boom op het spoor ligt, vanavond maak ik gehaktbrood en ga naar yoga in plaats van woensdag. Ik lees een stukje Herman Brusselmans. De schoenen van de sportdag staan nog steeds buiten, ze waaien niet weg. Ik denk na over wimpers en elektriciteit, en morgen is het er allemaal nog steeds. Zou het bijtje tussen de vetplantjes op het balkon winterslaap houden, de poes snurkt nu.
Voor alle dingen die ik denk, maar niet uitspreek. Ook voor de dingen die ik wel uitspreek, overigens.
Monday, October 28, 2013
Sunday, October 27, 2013
De plaat van Ty Seagall is mijn haar.
De binnenkant. En het is niet echt mijn haar, maar dat van Ty Seagall. Ik kan geen plaatje vinden. Nu gelooft vast niemand me.
Tuesday, October 15, 2013
Wednesday, October 9, 2013
Den Haag, 's ochtends.
In de trein hangt een geur van tandpasta en aftershave, de mensen van de Spits- en Metrokrantjes hebben grauwe vingers van de drukinkt. Mannen met Pakken eten appels met hun aktetas op schoot, een enkele brugklassen gooit de banaan die hij van zijn moeder jongen-je-moet-iets-eten-'s morgens weg.
De wind blaast de hele tijd je haren in je lippen die je toevallig net hebt ingesmeerd met vaseline-met-een-subtiel-kleurtje, want dat soort dingen doe je in de trein. Net als heel erg hopen dat de extra boterham die je in je tas hebt gegooid bij wijze van ontbijt niet stinkt naar pindakaas of salami of zo. Terwijl ik mijn haren uit de vaseline pluk, kijk ik naar de vreemde kunstzinnige bank die naast een of ander ministeriegebouw aan de Bezuidenhoutseweg staat. Er zitten dames met dunne panty's op, maar zitten kan je het eigenlijk niet echt noemen omdat de kuilen in het staal daar te ondiep voor zijn. Ze staan half en doen alsof het comfortabel is, terwijl ze hun kokerrokken nog iets verder naar beneden sjorren om hun bepantyde billen en bovenbenen te beschermen tegen het koude metaal. En dan moeten ze ook nog opletten dat ze, terwijl ze dat doen, ze niet per ongeluk met hun sigaret een gat in de panty branden. Moeilijk.
In de trein terug keek ik naar de mensen die uitstapten bij Schiedam Centrum. Ik betrapte mezelf erop dat ik me aan het afvragen was waar ze naartoe gingen, want dat deed ik alleen maar omdat dat een interessante gedachte voor op papier was.
De wind blaast de hele tijd je haren in je lippen die je toevallig net hebt ingesmeerd met vaseline-met-een-subtiel-kleurtje, want dat soort dingen doe je in de trein. Net als heel erg hopen dat de extra boterham die je in je tas hebt gegooid bij wijze van ontbijt niet stinkt naar pindakaas of salami of zo. Terwijl ik mijn haren uit de vaseline pluk, kijk ik naar de vreemde kunstzinnige bank die naast een of ander ministeriegebouw aan de Bezuidenhoutseweg staat. Er zitten dames met dunne panty's op, maar zitten kan je het eigenlijk niet echt noemen omdat de kuilen in het staal daar te ondiep voor zijn. Ze staan half en doen alsof het comfortabel is, terwijl ze hun kokerrokken nog iets verder naar beneden sjorren om hun bepantyde billen en bovenbenen te beschermen tegen het koude metaal. En dan moeten ze ook nog opletten dat ze, terwijl ze dat doen, ze niet per ongeluk met hun sigaret een gat in de panty branden. Moeilijk.
In de trein terug keek ik naar de mensen die uitstapten bij Schiedam Centrum. Ik betrapte mezelf erop dat ik me aan het afvragen was waar ze naartoe gingen, want dat deed ik alleen maar omdat dat een interessante gedachte voor op papier was.
Subscribe to:
Posts (Atom)